
Ensor op Hoge Poten
ENSOR OP HOGE POTEN is een confronterende monoloog die de schilder toont zoals hij was: spottend, gekweld en briljant. Dit stuk vormt het startschot van een reeks markante kunstenaarsportretten door auteur Bert Popelier, waarin na Ensor ook Léon Spilliaert, Constant Permeke, Rik Wouters en de kunstenares Augustine een stem krijgen.
De tekst is van de hand van Bert Popelier, een schrijver en cultuurjournalist met een opmerkelijk parcours van bio-ingenieur tot gerenommeerd schrijver van voorstellingen, bundels en boeken in het Vlaamse literatuurlandschap. Hij ontleedt de ziel van Ensor en legt diens diepste overtuigingen en frustraties bloot. De bewerking en vertolking is in handen van Arthur Decock, een jonge theatermaker afgestudeerd aan het Koninklijk Conservatorium van Antwerpen, die de woorden van de oude meester met nieuwe kracht tot leven wekt.
Tekst: Bert Popelier
Spel: Arthur Decock
Verwacht geen comfortabel levensverhaal. Deze dramatische lezing is een frontale aanval op de middelmatigheid en de schijnheiligheid die Ensor zo verachtte. U krijgt een portret van de anarchist die weigerde beminnelijk te zijn , die zijn critici afschilderde als lafbekken en padden , en die de benauwende Vlaamse burgerij verafschuwde. Het is een intieme blik op de man die worstelde met miskenning , maar tegelijkertijd wist dat zijn naam ooit in andere talen zou weerklinken.
ENSOR OP HOGE POTEN is een eerbetoon aan de onverzoenlijke kunstenaar, een voorstelling die de verf van de beleefdheid krabt en de rauwe, visionaire mens eronder toont.